Nieuwsartikelen

14/01/2021
14/01/2021

Slotbijeenkomst actieonderzoek 

11 maart 2022 vond alweer de laatste actiebijeenkomst plaats. Genodigden waren de deelnemende instellingen en ook partners van overige mbo-instellingen en geïnteresseerden uit het netwerk. De slotbijeenkomst stond geheel in het teken van kennisdeling, prototypen & testen. Doel van de bijeenkomst was het delen van leerervaringen die gedurende dit project zijn opgedaan en inzicht geven in verschillende vormen van kennisdeling waarmee deze leerervaringen verder kunnen worden doorgegeven en doorleefd. Tijdens de bijeenkomst zijn we op zoek gegaan naar wat het mbo kan ondersteunen in de samenwerking met partners en deze te verduurzamen. In het eerste deel van de bijeenkomst nam Frans de Vijlder deelnemers mee in de eerste resultaten van het onderzoek, waarmee een tipje van de sluier werd opgelicht rondom de hoofdvraag van het onderzoek:

Welke factoren dragen bij aan ontstaan en bestendiging van co-creatie van publieke waarde door horizontale samenwerking van mbo-instellingen, in het bijzonder het realiseren van een responsief curriculum en innovatiekracht in de regio?

In de interactieve presentatie is uitgebreid ingegaan op de kenmerken van de deelnemende partijen, het netwerk als geheel en de manier waarop de interactie met de omgeving is ingericht, en in hoeverre deze van invloed zijn op de mate waarin publieke waarde wordt gerealiseerd, geïnstitutionaliseerd en verduurzaamd. Hieruit kwamen de werkende mechanismen bij horizontale samenwerking naar voren, alsook de daarbij bevorderende/ belemmerende factoren. Deelnemers herkenden zich in de resultaten en er ontstond een geanimeerd gesprek waarin praktijkvoorbeelden met elkaar werden gedeeld.

In het tweede deel van de bijeenkomst lag de focus op instrumentontwikkeling. Wenne Bergman nam deelnemers mee in de verschillende vormen van kennisdeling die gedurende het actieonderzoek zijn ontwikkeld. Deelnemers werden uitgenodigd om met een viertal instrumenten aan de slag te gaan en deze verder vorm te geven. De vier instrumenten werden aan het einde van de bijeenkomst plenair besproken. Uit deze bespreking werd helder dat de combinatie van meerdere vormen meer recht doet aan de complexiteit van de praktijk van samenwerking: ‘De complexiteit van horizontale samenwerking wordt landelijk erg onderschat. Er heerst een beeld dat mbo-instellingen dit wel even doen, maar dat klopt niet, het is heel complex, vergt heel veel inspanning en structurele steun’, werd er besproken. Dit pleit voor ‘meervoudige meerzinnigheid’, in plaats van één concept van horizontale samenwerking. Het rapport zal hier zeker op thematiseren.

Leren in een overstijgend netwerk

Op 14 september 2021 heeft een tweede fysieke bijeenkomst van het actieonderzoek plaatsgevonden met de deelnemende instellingen. Aan elke deelnemende mbo-instelling is gevraagd om deel te nemen aan uitwisseling van bevindingen tussen de cases. Met deze component van actieonderzoek wordt beoogd bevindingen in en tijdens het onderzoek terug te koppelen, hetgeen het leerproces van betrokkenen kan bespoedigen en aldus kan bijdragen aan verbetering van het ontwerp van de horizontale samenwerking in de regio. Oftewel, leren in een overstijgend netwerk; van praktische ervaringen en lokale leerprocessen naar vergroten van kennisbasis. In het actieonderzoek staan twee elementen centraal: 

(a)        kennisdeling om het leerproces in de deelnemende instellingen en daarmee de co-creatie in het netwerk te stimuleren en

(b)       het ontwikkelen van een instrument waarmee instellingen en netwerken een doorlichting kunnen maken van de mate waarin ze publieke waarde creëren en welke factoren daaraan bijdragen c.q. belemmerend werken.

In de bijeenkomst van 14 september zijn de eerste resultaten gedeeld van het onderzoek dat heeft plaatsgevonden in de verschillende cases. Doel van deze bijeenkomst was om in dialoog tot een verkenning van de eerste resultaten te komen, terugkerende patronen te identificeren en ten slotte te komen tot afspraken over de invulling van de tweede ronde interviews in de afzonderlijke cases. Wat verdient aandacht? Wat willen we verder uitdiepen?

De bijeenkomst werd geleid door Frans de Vijlder. Deelnemende instellingen werden uitgenodigd om te reageren op de ‘praatplaten’, die het onderzoeksteam eerder heeft ingevuld. 

Praatplaat horizontale samenwerking

Vervolgens werden de deelnemers uitgenodigd om hierover met elkaar in gesprek te gaan. Tijdens dit gesprek, kwam een aantal casus-overstijgende thema’s naar voren, namelijk:

  • het verschil in tijdspad van het bedrijfsleven en de MBO-instelling
  • het elkaar vinden op het juiste niveau (strategisch, tactisch en operationeel)
  • het spreken van een gemeenschappelijke taal 
  • communicatie en informatievoorziening
  • de invulling van de voorzittersrol (extern of intern)
  • co-creatie in plaats van opdrachtgever-opdrachtnemerschap
  • de balans in belangen
  • de urgentie van de samenwerking
  • de motieven voor samenwerking
  • reflectie op eigen samenwerking
  • continuïteit

Bovenstaande thema’s worden gebruikt als input voor de tweede interviewronde. De volgende fysieke bijeenkomst op 24 januari zal in het teken staan van de onderzoeksresultaten van de tweede interviewronde en de afronding en doorwerking van het onderzoeksproject. Op 11 november vindt bovendien een tussentijdse online bijeenkomst plaats, waarin het onderdeel instrumentontwikkeling centraal staat. 


Erkenning van verschillen 

Op 7 oktober 2020 heeft in Utrecht de eerste bijeenkomst van het actieonderzoek plaatsgevonden. Daarbij waren de instellingen aanwezig die als casus meedoen aan het onderzoek. De bijeenkomst, die werd geleid door Wenne Bergman, stond vooral in het teken van kennismaking en eerste uitwisseling van ervaringen.

De middag begon met een lunch en een voorstelrondje onder leiding van Frans de Vijlder. Daaruit bleek al snel de diversiteit: bij de ene instelling staat de samenwerking met een specifieke branche centraal zoals horeca of zuivelindustrie, bij de andere instelling gaat het over het fundamenteel herontwerpen van het onderwijs in samenspraak met diverse bedrijven in de regio. Het kan ook gaan over binding van bedrijven aan een specifiek initiatief, maar ook over de vraag hoe de brede diversiteit aan samenwerkingsvormen in de mbo-instelling wordt georganiseerd. Niet alleen de diversiteit werd herkend. Al snel werden ook overeenkomsten benoemd zoals de veranderende verhouding tussen 'school' en 'bedrijfsleven', de het belang om in te spelen op technologische ontwikkelingen, en de hybridisering van het onderwijs.

Aansluitend is de hoofdlijn van het NRO-onderzoek toegelicht door Renée van Schoonhoven het onderzoek. Daarna zijn de deelnemers aan de slag gegaan met speeddates om elkaar een beeld te geven van de eigen casus, waarom die van belang is en wat de verwachtingen van dit project zijn. Bij deze eerste ronde kwam al snel het enthousiasme naar boven. Iedereen heeft met de speeddates nieuwe inzichten en ideeën opgedaan.  

Na een korte pauze heeft Cor van Montfort een uitleg geven over het literatuuronderzoek en hoe dat de basis is voor de interviews in de gevalsstudies. Naar aanleiding van deze uitleg is in twee groepen doorgepraat over de dynamiek van de samenwerking en de succes- en faalfactoren. De inzichten zijn vervolgens plenair gedeeld. 

Uit de slotronde kwam naar voren dat de deelnemers zeer tevreden waren over de bijeenkomst vanwege het delen van perspectieven en inzichten en de uitgebreide toelichting op het onderzoek. Vooral het theoretisch kader werd als bijzonder waardevol voor de eigen praktijk gezien.